INDOPEDIA
|
De Indische Encyclopedie
|
19643302 Bezoekers
12 Bezoekers online
Het sap van patje vruchten blijken ook goed te werken. Dagelijks drie vruchten en pers deze rijpe vruchten uit. Wanneer de lever erg opgezet is, dan kan men het sap van vijf vruchten drinken.
Ook sla van jonge daun gagan is goed verteerbaar. De bladeren zijn enigszins bitter maar zeer gezond.
Lekker soep van kacang idjo is goed om een paar keer per week te eten.
En natuurlijk het drinken van verschillende soorten thee waaronder sembung thee. Het werkt over het algemeen gunstig op de lever en bevorderlijk voor de galafscheiding.
Zie uitgebreide beschrijving van de plant onder Morinda citrifolia LINN.
Deze lage boom komt aan het zeestrand wel in het wild voor. De vruchten hebben veel pitten en smaken bitter.
In de lage bergstreken wordt echter een veredelde variëteit aangeplant met pitloze vruchten, die zeer zoet zijn.
Anders dan als medicijn worden ze weinig gegeten. Half rijp worden ze wel als rudjak bereid.
Rijp zijnde, gaan ze snel rotten en verspreiden dan een ondraaglijke stank.
De boom wordt in hoofdzaak aangeplant om de wortelbast, die een verfstof levert voor de batik industrie.
De jonge bladeren en het sap uit de vruchten zijn een voorbehoedmiddel tegen allerlei kwalen en ziekten, omdat ze het lichaam zuiveren. Uit de bast wordt zalf bereid.
Het moes van de rijpe vruchten verwijdert roest van metalen en door dit moes op linnengoed te smeren en dan te bleken, verwijdert men weervlekken.
Voor pluimveehouders bewijst deze boom ook goede diensten.
Bij kippendifteritis, wanneer de ogen van de dieren dik en ontstoken zijn en uit de bek slijmerig vocht vloeit en bij kippenpokken, wanneer de kap vol uitslag en puisten zit en de ontlasting slecht en waterig is, dient men de dieren ‘s morgens een theelepeltje patje-sap toe.
Vooral uitheemse kippenrassen en kalkoenen krijgen deze ziekten. Bij pokken wast men bovendien de ontstoken plekken met dit sap.
Te gebruiken bij:
Daun betekent blad of loof. Daun pegagan is een tenger kruid met zeer lange wortelende uitlopers, ook wel gagan-gagan en kaki kuda genoemd.
De niervormige bladeren zitten aan lange stelen in rozetten bijeen.
De bladstelen, die aan de voet een beetje breder zijn, zijn soms roodachtig van kleur.
Het groeit in het wild op goede grond en zonnig terrein, maar niet boven 2500 m zee hoogte.
In Jakarta is het op de pasars geregeld verkrijgbaar onder de Sundanese naam antanan.
De bladeren worden rauw of gestoomd gegeten. Men beweert, dat de vruchten reumatiek veroorzaken en daarom is het aan te bevelen, de bloemschermen (Een scherm (umbella) is een bloeiwijze waarbij alle zijassen (bloemstelen) uit één punt ontspringen) en eventuele vruchten eerst zorgvuldig te verwijderen.
De verse bladeren smaken peterselieachtig en bitter. Weinige vermoeden, dat dit kleine plantje, waarvan de bladeren veel op viooltjes bladeren lijken, zoveel geneeskracht bezit.
Ze moeten bij voorkeur vers worden gebruikt, omdat ze door het drogen veel van hun goede eigenschappen verliezen.
Als voorbehoedmiddel tegen verschillende kwalen is het goed, en deze plant een paar keer per week als sla te eten.
Te gebruiken bij:
Deze oude cultuurplant wordt nog veel op sawah's als tweede gewas geteeld.
Het gebruik is zeer groot.
Kacang ijo is rijk aan vitaminen en daarom een zeer gezond voedsel.
Bekend is, dat voeding met kacang ijo een voornaam bestrijdingsmiddel is van beri-beri.
De kleine ronde boontjes bevatten veel eiwit.
Ze zijn laxerend en opwekkend.
Zwakke mensen met een somber humeur moeten kacang ijo soep met kippenbouillon gebruiken.
Ook voor lusteloze kinderen is dit een goede kost. Voor leverlijders en mensen met aambeien wordt het eten van kacang ijo een paar maal per week warm aanbevolen.
Van de geweekte boontjes, tot meel gestampt, maakt men satru, een soort koekjes en andere versnaperingen, die bijzonder geschikt zijn, om aan zwakke en kinderen met bloedarmoede toe te dienen.
Kacang ijo, vooral de geimporteerde kleine soorten, laat men kiemen en na verwijdering van de zaadhuidjes vormen de kleine kiemplantjes de tauge, die een belangrijk bestanddeel vormt van verschillende Chinese gerechten en bijvoorbeeld ook in gado-gado voorkomt.
Tauge koopt men nooit op de pasar. Tauge wordt n.l. veelal ongekookt genuttigd en wat men op den pasar koopt, is maar al te vaak in besmet kaliwater gekiemd.
Ten slotte nog de waarschuwing, dat vrouwen met een vergrote baarmoeder geen tauge mogen eten.
Te gebruiken bij:
Een tot vier meter hooge heester, die in verschillende vormen voorkomt. Hij is meestal beneden onvertakt.
De stengels zijn dicht bezet met fijne haartjes.
Hij groeit het best op zonnig en niet te droog terrein zelfs op grote hoogte en heeft graag wind en tocht.
De bladeren smaken bitter en ruiken specerijachtig. Ze bevatten kamfer en worden zo algemeen voor medicinale doeleinden gebruikt, dat men deze heester daarom veel op inlandse erven aantreft.
Te gebruiken bij:
Waarschuwing: neem altijd eerst contact op met uw huisarts voordat u
gebruik maakt van de informatie, middelen en of (be)handelingen op deze website.
Er heeft nog niemand gereageerd.
Voor meer informatie over nieuws uit de kranten van Nederlands-Indië
La vie est un pélerinage